Een kerk...
Hier op de bodem van het voormalige concentratiekamp -dit wekt verwondering bij veel bezoekers. Verwondering ook op grond van de geschiedenis van de kerk in de periode
van het Nationaal Socialisme, die slechts voor een gering deel een geschiedenis van het verzet was.
Voormalige gevangenen uit het buitenland, in het bijzonder uit Nederland, hebben echter deze kerk willen bouwen en met medewerking van de Oecumenische Wereldraad van Kerken hun geloofsgenoten in Duitsland bij het project betrokken.
Zo ontstond onder auspiciën van de Evangelische Kerk in Duitsland in 1967 de "Versöhnungskirche" in het voormalige concentratiekamp Dachau, welke kerk werk biedt aan twee vrijwilligers van de Aktion Sühnezeichen/Friedensdienste, een secretariaatsmedewerkster, een Diakon en een dominee, alles in nauwe samenwerking met een Katholieke broeder. Deze personen zijn aanspreekbaar voor bezoekers en bieden rondleidingen en bijeenkomsten aan. Iedere zondag om 11.00 uur des morgens verzorgen zij tevens een kerkdienst.
De rechthoek...
Zodra U de kerk betreedt, zult U twee kenmerken waarnemen. Ten eerste zult U geen enkele rechte hoek vinden, en dit op een plaats waar de rechthoek domineert. Het kamp, de appèlplaats, de foltertafel, ieder fundament -overal heerst de rechthoek.
Deze rechthoekigheid was voor de architect, Prof. Helmut Strif-fler, Mannheim, juist het symbool van de Nationaal Socialistische moordsystematiek. Van deze "Genauigkeit im Abscheulichen" ("Nauwkeurigheid tot in het afschuwelijke") heeft Heinriech Mann eens gesproken. De Versöhnungskirche wil juist het tegenovergestelde van al deze rechthoekige inrichtingen van terreur zijn.
De weg...
Het tweede kenmerk is dat deze kerk als een weg is gebouwd, die langzaam in de diepte voert - een symbool voor lijden en sterven, maar ook van tegenspraak en verzet. Een symbool ook voor schaamte. Zo, alsof men in de grond wilde zakken. Diepte kan iets beangstigends en bedrieglijks hebben, maar ook iets bergends en beschermends. Belangrijk is dat de ervaring van de diepte niet stoort.
Uit de diepte kan de mens klagen, huilen, roepen, bidden: "Uit de diepte roep ik tot U, O Heer...", zo heet het in de Hebreeuwse Bijbel. Deze beginwoorden van Psalm 130 zijn in de wand gebeiteld.
Diepte...
Op de binnenplaats, welke de godsdienstruimte met de gespreks-ruimte verbindt -waar tegelijkertijd de doorgang haar diepste punt bereikt-, duikt plots de rechthoek op. Een herinnering aan een plaats vlakbij Hebertshausen, nauwelijks twee kilometer daar vandaan, alwaar de SS een kogel-vanger uit beton gebouwd had. Duizenden krijgsgevangenen werden aldaar vermoord. Zij zullen nimmer vergeten worden.
Het kruis...
Een teken van overwinning, echter zeer bescheiden geplaatst. Niets zal verschonend werken. Niets zal ontkrenkend werken. Slechts hier en daar een teken dat er iets is van bevrijding, verzoening, verlossing. Misschien laat U Uw oog op het kruis vallen, dat uit de achter-wand boven het altaar, steekt. U zult een gestalte waarnemen die door het hem omringende gewicht vermalen wordt.
Maar U zult ook een andere beweging gewaar worden; de gestalte die dit hem omringende gewicht van binnenuit openbreekt. Verzet en overgave. Goede vrijdag en Pasen.